OER-IJ inleiding

Met toestemming gedeelten overgenomen uit de CD-ROM 'Land en Water' van Uitgeverij Ontmoeting.

NB. deze pagina's zijn een eerste aanzet tot vastlegging van beschikbare informatie. In de loop van de tijd zullen deze worden aangevuld en aangepast.

 

 

Zijn de bewoners van Castricum de eerste delta werkers geweest?

Het Oer-IJ spreekt tot de verbeelding. En niet alleen voor de huidige bewoners van Kennemerland. Noord-Nederland was vele eeuwen geleden een plassengebied met sloten, kreken en watertjes, met daartussen hier en daar eilandjes en hogere gebieden op het duingebied.

De grote meren waren nog lang niet drooggemalen en van enig watermanagement was op zeer beperkte schaal sprake.

Niet elk duin is hetzelfde, ondermeer de samenstelling van het zand, de samenstelling van de ondergrond en begroeing spelen een belangrijke rol.

Het Oer-IJ: met twee openingen naar de zee, die de bewoners van toen dagelijks met eb en vloed en spuiwater deelgenoot maakten. Een deel van de hogere gebieden liepen tijdens storm en hoog water ook onder water.

Er zijn in Kennemerland een aantal archeologische vondsten en onderzoeken geweest die aantonen dat er al heel vroeg bewoning was op de hogere gedeelten van de oude duinen en in de omgeving.

Ook in het huidige landschap ten Noorden van Castricum en rond Limmen zijn nog sporen van het vroegere wadden - kwelder gebied terug te vinden. Ook in de Noord-Oost polder en Flevoland kunnen de sporen van vroegere bewoning en delta van de IJssel zien in luchtfoto's. Vlak na de oorlog zijn daar zwart/wit foto's gemaakt die een nog beter geven dan de huidige, de vormen en structuren vervagen in de loop van de tijd.

Schildering van hoe de Delta van het Oer-IJ er uit zou hebben gezien voordat de duinenrij zich definitief sloot.

Er zijn maar weinig tastbare aanwijzingen over het ontstaan en de ontwikkeling van het landschap van Kennemerland. Alle bewijzen die er zijn, liggen meters onder de grond, alleen waar kunnen we deze opgraven? Ze liggen al meer dan twee duizend jaar in de grond, in welke staat verkeren deze resten en grondlagen? De grondwaterspiegel is voor dergelijke belangrijke archeologische gebieden eigenlijk te laag, de te vinden voorwerpen zullen in de loop van de tijd verteren. Het lijkt verstandig om een duidelijke kaart van de omgeving te laten samenstellen, waarop alle belangrijke gebieden worden gemarkeerd. Vervolgens kan daar met beleid (provincie, PWN en gemeenten) rekening mee worden gehouden. Zowel was bewerking van het land als met de grondwaterspiegel.

Doorsnede van Noord-Holland in de huidige tijd. Links de Noordzee, rechts het IJsselmeer. De bovenste laag geeft het NAP niveau aan. Tekening gemaakt met behulp van 3D programma SketchUp en nabewerkt met renderprogramma.

 

Tijdens werkzaamheden voor nieuwe verbindingswegen of bij de aanleg van gebouwen wordt (wettelijk verplicht en vastgelegd in de Monumentenwet) aandacht geschonken aan mogelijke archeologische bodemvondsten en aanwijzingen. De aannemers in dit gebied dienen er rekening mee te houden dat het bezaaid ligt met oud bewijsmateriaal, waardoor hun planning van de bouw er ineens anders uit kan komen te zien. Ook bij de uitbreiding van Almere Poort in Zuidelijk Flevoland werden belangrijke archeologische vondsten gedaan. De (landschaps)architect heeft daar een passende oplossing voor gevonden. De belangrijke vindplaatsen zijn gemarkeerd en daar zullen parken en bomen op geplant worden. De huizen komen op een soort terp. Daardoor zullen de e.v.t. resten zodra daar interesse voor is bewaard blijven. De hele opzet van de indeling van het terrein is aangepast aan deze bodemmonsters. De architect had de prijs voor het winnende ontwerp in de wacht gesleept, alleen jaren later bij de uitvoering blijkt dat alles vlak is gebleven en er 'gewoon' kavels worden uitgegeven, zonder enige aandacht voor wat er wellicht hier in de grond te vinden is geweest.

In 2009 werd in het centrum van Castricum een supermarkt afgebroken om ruimte te maken voor een geheel nieuw winkelcomplex met appartementen erboven. Tijdens de sloop en het uitgraven van de nieuwe parkeergarage en fundering konden archeologen een tijdje aan de slag. Ook op het terrein van het woonzorgcentrum de Bogaert werden proefsleuven gegraven. Er werden brokstukken en aardewerk (2de - 4e eeuw n. chr.) en bewoningssporen aangetroffen.

Schildering van de delta van het Oer-IJ, rechts boven het huidige Castricum. Bewoners van toen moesten vaak verhuizen door de regelmatige overstromingen en veranderende waterlopen. Bron: Alfazet.

 

Informatie

In 1967 werd De Stichting Werkgroep Oud-Castricum opgericht. Het is een groep van enthousiaste Castricummers en ruim dertienhonderd donateurs. Zie www.oudcastricum.com voor verder informatie.

Er is een informatiecentrum in de buurt van station Castricum op de hoek van de Geversweg en de Duin en Boschweg. Kijk op bovenstaande website voor de bezoektijden.

 

De Historische verenigingen van Akersloot, Uitgeest, Castricum, Limmen, Uitgeest en Egmond en de stichting Baduhenna uit Heiloo gingen in 2005 een samenwerkingsverband aan.

Er werd een werkgroep Oer-IJ samengesteld onder auspiciën van de Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland. De bijbehorende website is te vinden op www.oer-ij.nl

 

Waarom zijn Amsterdammers al decenia gelukkig op de camping van Bakkum? Zou het zijn omdat ze dicht in de buurt van het (Oer) IJ kamperen?

 

vervolg chronologische opbouw

 

omhoog en kijk bij de menubalk voor uw volgende keuze