Korte geschiedenis luchtvaart
Korte geschiedenis
1891 kon Lilienthal met zijn soort vlieger ongeveer 25 meter sprongen maken in de lucht. En in 1893 zelfs afstanden van 250 meter 'springen'. Otto neemt een aanloop om van een zandheuvel af te springen.
Bijzonder klein motorvliegtuig als een vogel aangekleed. De eerste vliegtuigen werden allemaal naar de natuur ontwikkeld.
1 januari 1895 Otto LilienthalEén van zijn eerste experimenten met een soort vlieger vanaf een behoorlijke heuvel. Die heuvel had hij zelf gebouw in de buurt van Berlijn (Duitsland). Een vliegveld bij Berlijn in naar hem vernoemd: Otto Lilienthal airport. Op 9 augustus 1896 had hij wederom een afstand van 250 meter gevlogen met warm weer. Tijdens zijn vierde poging ging het echter mis en zijn vlieger kwam met een geweldige klap op de grond terecht. Hij overleed 36 uur later aan zijn ernstige verwondingen. 1902, klik in de afbeelding voor een vergroting. WrightDe gebroeders Wright hebben Lilienthal altijd als hun voorbeeld gehouden. 1902 Wright proeven met een grote vlieger die later ook zou moeten dienen om een mens te laten vliegen. Hier lag hij met zijn buik op het vliegtuig, dat ook nog bestuurd moest worden. Wilbur liggend zijn vlieger besturend 1902 -- Wilbur's vliegend zweeftoestel. 1908 -- De mensen kwamen van heinde en verre om Wilbur te zien vliegen. Duizenden mensen zagen hoe hij met zijn vliegtuig de lucht in ging. Wright Flyer was het eerste succesvolle met machine aangedreven vlieghtuig. Het was voornamelijk van hout en stof gemaakt. Waarom vliegen?Papieren vliegtuigen. Waarom zouden we gaan vliegen? Als we ook kunnen lopen, fietsen, met de brommer, met de auto, met de trein ons kunnen verplaatsen. Beredeneer waarom / waarom niet het niet altijd handig is om van bv. Brussel naar Amsterdam te vliegen. In plaats van met de sneltrein te gaan. Kun je ook met de trein duizenden kilometers in korte tijd afleggen?
Schiphol als grootste omzetmaker in de regio Elke minuut of paar minuten landt er een vliegtuig met daarin passagiers. Voor het vliegtuig worden landingsrechten betaald. Er moet worden getankt en de passasiers gaan overstappen of hebben hun eindbestemming bereikt. In al deze gevallen gaat het om vele duizenden Euro's omzet in één of enkele minuten. Er is geen warenhuis in Nederland te vinden waar zoveel geld omgaat als bij Schiphol.
Schiphol uitbreiding Maandelijks komt dit onderwerp ter sprake. Maar belanghebbenden die in de buurt en rond Schiphol wonen zijn het daar lang niet altijd mee eens. Ze vinden dat ze nu al genoeg geluids- (en fijnstof) hinder ondervinden. Meer vliegtuigen hoeft van hen niet. Schiphol is mede eigenaar van de luchthaven Lelystad. Daar zou in de toekomst de nodige groei mogelijk zijn, zonder te veel schadelijke gevolgen voor de omwoonenden. Lelystad luchthaven ligt namelijk op enige afstand van Lelystad zelf. Verder is er in de nabijheid veel ruimte beschikbaar. En wordt de luchthaven omsloten door natuurgebieden en weilanden met enkele boerderijen. In 2015 vraagt Schiphol of het toegestaan is om in plaats van 2 en 1 meer vluchten mogelijk te maken van 3 en 1 of 2 en 2. Of te wel in de ochtendspits op twee banen opstijgen en 1 baan landen. In de avondspits op 2 banen landen en op 1 baan opstijgen. Schiphol wil de mogelijkheid hebben om meer van een vierde baan (tegelijk) gebruik te maken. Kijk ook eens naar Londen Heathrow airport. Daar zijn slechts twee banen beschikbaar, terwijl er veel meer vliegtuigbewegingen zijn. Vliegtuigen brengen naast toeristen en zakenmensen ook geluidshinder met zich mee. Hier zien we de contouren van diverse probleem gebieden rond Schiphol. Waarbij duidelijk de aanvliegroutes te zien zijn vanaf het Noorden, Oosten en Zuiden.
Schiphol landingsbanen Onderstaand de afbeelding van een denkbeeldig vliegveld. Zo ziet een 'modern' vliegveld er tegenwoordig uit. Klik voor vergroting in de afbeelding.
Een unieke weergave van een zeer groot aantal vliegtuig routes die in de loop van de tijd zijn gekozen om op te stijgen en te landen. Duidelijk zijn de belangrijkste banen te herkennen. Waarbij kenmerkend is dat de vliegtuigen vanuit de Noordzee eerst omhoog worden geleid (naar het noorden) langs de kustlijn om dan opdracht te krijgen om af te buigen (rond Castricum, Egmond of Alkmaar) en vervolgens weer af te buigen voor het Uitgeestermeer om daarna in een ruk door te vliegen naar de Polderbaan. De rode lijntjes zijn de dalende vliegtuigen, de blauwe de opstijgende vliegtuigen. Op welke banen wordt geland of opgestegen? Dat wordt door de windrichting bepaald. Bij een middelmatige of krachtige wind is de windrichting essentieel. Een vliegtuig zal zo veel mogelijk tegen de windinrichting landen. En eveneens tegen de windrichting in opstijgen. Bij zuidelijke wind wordt dat dan de Polderbaan en de Zwanenburgbaan om te landen. Een meestal wordt dan de Aalsmeerbaan of de Kaagbaan gebruikt om op te stijgen. Afhankelijk van de drukte wordt meestal op twee banen geland en een baan opgestegen. Maar 's avonds kan dat net andersom zijn, op twee banen opstijgen en op één baan landen. Landings- en startbanen op Schiphol.
Schiphol Oostbaan, locatie 04- 22, lengte 2.014 meter, breedte 45 meter.
Een overzichtskaart rond Schiphol met de diverse belangrijke 'way-points'. Soms in de vorm van een zenderbaken, zoals bij Oud Assendelft, Pampus bij Muiden en Spijkerboor in de Beemster. Anders in de vorm van een denkbeeldig punt op de kaart met coördinaten. In de Noordzee kennen we bijvoorbeeld het punt "Bergi" een punt waar naar toe gevlogen wordt. Bergi ligt een aantal kilometers uit de kust bij Bergen.
Een modern vliegtuig van binnen? Nee, een Flight Simulator op de computer om zelf te ervaren hoe moeilijk (of makkelijk) het vliegen met een vliegtuig tegenwoordig is.
Vliegtuig bewegingen rond Castricum De meeste vliegtuigen die we in de lucht kunnen zien komen vanuit het noorden en westen over de Noordzee. Ze worden langs de kust geleid (door de verkeersleiders) om afhankelijk van de drukte een rechterbocht te maken, een stukje rechtdoor te vliegen om vervolgens voor het Uitgeestermeer weer een rechterbocht te maken. Dit is het laatste rechte stuk (in het engels 'base') rechtstreeks naar de landingsbaan, in dit geval de Polderbaan. Schat eens in hoe hoog de vliegtuigen hier overkomen. Een kaart zoals de vliegers hebben om een landing uit te voeren op de belangrijkste baan van Schiphol de Polderbaan. Deze heet in vaktermen "18R", hetgeen betekent dat het om een baan gaat die op 180º (dus precies naar het zuiden gericht) ligt. De R staat voor Right, omdat er parallel daaraan nog twee banen liggen 18C (Zwanenburgbaan) en 18L (de Aalsmeerbaan). De C is van center en de L van left.
Communicatie met vliegtuigen Alle vliegtuigen zijn voorzien van speciale kaarten, zie hierboven, waarbij de belangrijkste aanvliegroutes zijn aangegeven. De luchtverkeersleiders praten met de vliegers en vertellen in korte afgebeten zinnen wat deze moet doen. Als we in de lucht kijken lijkt het alsof de piloot zo maar een bepaalde route kiest. In werkelijkheid wordt hij stap voor stap begeleid en gestuurd. Maar ook vanuit Schiphol bewaakt middels ondermeer radar, communicatie en GPS navigatie middelen. De landingsbanen zijn voorzien van ILS apparatuur, dat zijn antennes die een gerichte radio bundel uitstralen, zowel horizontaal als verticaal. In de cockpit kan de piloot zo precies zien of hij bij de aanvliegroute te hoog of te laag zit voor de ideale route. Of dat hij te veel links of te veel rechts komt aangevlogen. Het is een uitstekende methode om alle vliegtuigen precies op de landingsbaan te laten uitkomen, met de goede snelheid, de goede richting en de goede afstand tot zijn voorligger. Waypoints met de twee manieren van overvliegen. Het luchtruim boven Nederland is op diverse wijzen (hoogten) ingedeeld. Hier zien we de belangrijkste aanvliegroutes van het Zuiden, Noorden en Oosten in beeld (De aanvliegroute vanuit het westen van de Noordzee niet). Vanuit het Zuiden komen de vliegtuigen van België, Frankrijk, Spanje, Portugal, Italië etc. Vanuit het Noorden, Noorwegen, Zweden, Finland, Denemarken e.a. Vanuit het Oosten Duitsland, Oostenrijk, Polen etc. Er wordt daarbij eerst naar een waypoint gevlogen (bijvoorbeeld Artip bij Lelystad) of River in de buurt van Rotterdam. Of SUGOL in Noordzee ten westen van IJmuiden. De hoogte daarbij bedraagt ca. 10.000 voet (level 100). Daarvandaan wordt langzaamaan vaart geminderd en de hoogte wordt teruggebracht tot zo'n 10 mijl voor de landingsbaan tot ca. 2.000 voet. Ook dit is een vliegtuig. Een soort maanlander waarbij middels straalaandrijving en een computer rechtstandig omhoog wordt opgestegen.
Voor de luchtvaart is het weerbericht van essentieel belang. Vandaar dan ook dat er diverse weerstations in de Noordzee actief zijn, die elke vijf minuten hun gegevens naar een centraal punt sturen, waardoor een optimale bewaking van de weerstomstandigheden kan plaats vinden.
Een eenmotorig vliegtuigje met de aanduidingen van de diverse onderdelen.
Communicatie met de vliegtuigen gaat met zenders en ontvangers. Voor de lange afstanden soms nog op de korte golfband. Voor de reguliere verbindingen in het frequentiegebied van 118 - 138 MHz. Maar steeds vaker wordt de communicatie via satellieten tot stand gebracht. Ook de plaats bepaling (coördinaten) gebeurt met GPS satellieten, naast de oudere plaatsbepalingsmiddelen.
airboat |